donderdag 14 april 2011

Periode 4.

In het 4e kwartaal gaan we verder met filosofie. In periode 2 en 3 hebben we geen filosofie gehad.
Het onderwerp van kwartaal 4 was 'het rizoom'. Hier volgt een stukje tekst die ik gebruikt heb voor mijn eindpresentatie:

Hoe kijk  ik
Ik let op de kleine dingen die voorbij komen, zoals een touwtje waaiend aan een boom.
Waar let je op? Je kijkt meteen naar het touwtje dat eigenlijk helemaal niet thuishoort bij de natuur en aan de boom.
Je word rustig als je hier naar kijkt hierdoor ga je beter kijken.
Ik ben altijd even in mijn eigen wereldje als ik op dingen ga letten. Ik probeer naar zo veel dingen te kijken.
Ik heb het touwtje gekozen die waait door de wind omdat,
Het touwtje,
Het touwtje kiest zijn eigen weg aan de boom. Hij gaat mee met de wind, maar toch probeert hij zijn eigen weg te vinden. Steeds links of even rechts. Blijft hij hangen achter een paar blaadjes of juist niet? Valt hij van het takje af of blijft hij hangen als er een windvlaag voorbij komt?
Ik zie de wind als de massa waar iedereen in mee stroomt, iedereen is dat ene touwtje aan de boom, maar lukt het je om te blijven hangen aan de boom of val je op de grond? Lukt het je om jezelf te blijven of ga je mee met de rest, met de samenleving met het systeem.
Ik ben een touwtje,
Soms waai  ik mee met de stroming en soms kies ik mijn eigen weg.
In de wind voel ik me fijn en veilig.
Maar er zijn genoeg obstakels die ik tegen kom.
Het is moeilijk om als touwtje geheel je eigen weg te kiezen. Iedereen houd zich zo vast aan de stroming. En de stroming is overal, de wind is overal. Overal om je heen. Als jij dan als enigste een andere boom of een ander takje wilt kiezen is dit moeilijk.
De wind heeft zich overal rond jou verspreid, en jij slingert hier tussen. Hoe je het ook went of keert iedereen waait wel mee met de stroming,  je komt er niet onderuit.
Als je je weg vind naar de kunst naar het stuk land naast die ene boom, ben je geheel vrij om te doen en laten wat je wilt,
maar ben je dan nog wel het ene touwtje aan die boom?
Zonder het systeem ben je los van de boom, de rest waait wel verder aan die ene boom. Niet iedereen wil en kan naar het ‘vasteland’.
Niet iedereen kan en wilt zich loslaten van het systeem, het systeem is overal.